Nationale dag van de frontale verkleving
Aan de telefoon met evt. in de trein terug uit Z.:
– Heb je al een stukje voor morgen?
– Nee, nog niet, maar dat komt wel.
– Nouja, waarschijnlijk ga je ook op dingen letten als je een log hebt en weet dat je nog een stukje moet schrijven.
– Eh, ja, maar daar heb je doorgaans niet zoveel aan.
– Hoezo?
– Nou ik bedenk allemaal leuke stukjes, maar tegen de tijd dat ik naar dat witte schermpje kijk ben ik die allemaal kwijt. Ik heb bergen stukjes bedacht die nooit op mijn logje zijn gekomen omdat ze verdampt zijn als ik thuis kom.
– Goh.
– Zelfs stukjes die ik me wel herinner als ik bijvoorbeeld mijn fiets pak, maar zelfs als ik nog weet dat ik het bedacht toen ik mijn fiets pakte komt het niet terug.
Dus zou ik wel weer een stukje schrijven dat nergens over ging, of over dat je wel dingen bedenkt maar die toch weer vergeet, nou vergeet het maar, want waar kwam ik achter? Het was gisteren Nationale dag van de frontale verkleving. Het begon in Z. al, maar eentje valt nog niet op. Het is de herhaling die het hem doet. In Utrecht aangekomen zie ik het tweede stel, volledig verkleefd en als ik zou mogen jokken op mijn logje dan zou ik schrijven dat ze, heel romantisch de trein weg lieten rijden en dat hij of zij een latere trein zou nemen omdat van verkleving.
Dit zou niet genoeg zijn geweest als er geen derde stel gekomen was, alleen dat was ergens onder weg, ik op de fiets en zij (zullie, niet zij vr.) leken eerst een persoon die ergens op stond te wachten, tot ik wat anatomische anomaliën zag. Het was, het zij een arm te veel, of een wel erg groot hoofd dat me frontale verkleving deed vermoeden en jahoor, helemaal aaneengeplakt.
Nu was ik op mijn hoede, zouden er meer volgen? Zou ik een extra ommetje maken om er meer te spotten, mogelijk details noteren of andere verzamelaarsneigingen vertonen? Nee ik wilde snel naar huis en naar bed, snel kijken of ik nog iets voor Boris en Poeseke kon betekenen, bijvoorbeeld een lichte doch voedzame maaltijd toebereiden. En hoe schetst mijn verbazing? Jawel, de verzamelaar kreeg een groots kado: Nog een verkleefd stel. Ik tik haar op de schouder:
– Nee, sorry, ik tik je niet af, je mag hem houden, maar ik heb wel een vraag.
– Ga je gang.
– Is er iets speciaals vandaag, dat jullie zo verkleven enzo?
– Ach, maar weet je dat dan niet? Het is Nationale dag van de frontale verkleving!
– Aiai, dan moet ik snel naar huis, zien of ik mogelijk nog Boris kan verleiden tot enige verkleefpartij!
Thuis gekomen kijkt Boris me meewarig aan:
– Ach kom maar hier jongen.
Slaat zijn pootjes om mijn nek en geeft me een lekkere smeer Sheeba Traiteur over mijn gezicht.
– Mag ik nu ook opeten wat Poeseke heeft laten staan?
– Nee Boris, dat had je iets later moeten vragen, dit valt op!
Boris begrijpt dat en zal als ik klaar ben met dit stukje waarschijnlijk een tweede poging doen, maar ik ben niet te chanteren vandaag. Waarschijnlijk duurt het een jaar wachten tot de volgende Nationale dag van de frontale verkleving, maar dan zorg ik dat ik van de partij ben!
- Irene zei: Na dit stukje komt de weblogverkleving in een heel ander licht te staan.
- yak zei: Maar weblogverkleving is nooit frontaal! En Boris heeft wél het eten van Poeseke op, ik ben niet chanteerbaar maar wel vermurwbaar...
- aargh zei: Er zat wel iets vreemds in de lucht gisteren, maar heb benoorden Z. niet veel verkleving waargenomen. Zal er eens op letten volgend jaar.
- Irene zei: Waarom staat er eigenlijk verlkeving boven? Zaten die letters ook vast?
- yak zei: Oeh, helder hoor. Ik denk dat de type-machine-armpjes omstrengeld raakten, in a loving embrace.