KrakLog

Antwerpen ’12 deel 7 (draaimolen draai)

Draaimolens zijn verschrikkelijk, draaiorgels nog erger, maar een draaimolen met een vals draaiorgel gecombineerd is goud waard. Jarenlang stond er in december een juweeltje op de groenplaats. Zo vals zo mooi, indrukwekkend. Maar die is er al jaren niet meer.

Het zal u dus niet verbazen dat wij opveerden toen wij op de Grote Markt een draaiorgel zagen staan. De opvering was van korte duur, want het was een nepperd van het zuiverste water. In een uitgeholde stoommachine was waarschijnlijk een elektromotor geplaatst het draaiorgel was hoogstens een mpdreiorgel en de stoomfluit liep op perslucht. Nee, dit had onze interesse niet en zo te zien ook die van het publiek niet, want er waren geen gegadigden voor een rondje op dit gedrocht.

Gelukkig was er ook een reuze(n?)rad, dat leverde dan wel weer mooie plaatjes op. Nu was het alleen nog de kunst om wel op tijd naar de trein te strompelen, maar niet een uur van te voren op het station te zijn.

Dat lukte, ware het niet dat de Fyra een kwartier te laat ging, daarmee de snelheidswinst waarschijnlijk grotendeels verspelend. Het was wel fijn dat ik niet lang in een houding hoefde te zitten, dat wel, maar comfort, neen.

(lees verder in de epiloog (In bad met Laphroaigh))


Antwerpen ’12 deel 6 (Lo más importante de la vida)

Het ging eigenlijk wel goed, zo een beetje langs de schelde lopen, je pijn verbijtend, licht stoer (of zoveel als ik in huis heb), de schaamte over een knullige val vervangen door een zekere calvinistentrots.

Het zou ‘s middags regenen dus hoewel we dus in de ochtend geen museum zouden doen, was het beklimmen (nouja, beroltrappen) van het Museum a/d Stroom (mas, als in titel) wél een goed idee i.v.m. uitzicht enzo.
Uitzicht was mooi, maar vroege lunch en bier lokten. Dus op naar de Valk en de bollekes. Het tafeltje van vier waaraan wij aanschoven werd uiteengeschoven tot twee van twee. Er zijn drie stellen naast ons gaan zitten en even hard weer weggegaan. Dit was aanleiding tot introspectie zoals u zich kunt voorstellen.
Nu snel naar de overkant vóór de grote hoosbui (okay, dit werd dus slempen ipv museum, het zij zo). De regen was op tijd zodat we meteen op de linkeroever moesten schuilen in de kroeg. Dhz medicatie is met mate niet verkeerd. Proost!

(Lees verder in deel 7 (draaimolen draai))

  • Simone zei: Super golvend uitzicht...:-)

Antwerpen ’12 deel 5 (koffie en bier)

We zaten dus op de verkeerde punt, mijn hand deed zeer, mijn zij deed zeer en mijn gevoel voor richting was ernstig gekwetst. Wij verbeten ons en liepen naar de andere punt, langs het Park Lane Hotel dat nog eens flink gromde en daarna hard giechelde. Ik liep onderwijl te oefen en te eh-ah-en. Je leert je verwondingen kennen door de grenzen ervan te verkennen, eawh-oeh.

Caffénation daarentegen zat er goed bij, een fraai groot pand (maar zonder lampje aan douchestang in de wc). Eerst maar intensieve handreiniging. Het aanbod voor pleisters kon ik afslaan en twee dubbele ristretto’s verder waren mijn zenuwen voldoende gekalmeerd. Nieuwe taxatie van de schade: zere ribben, schaafwond aan pink. Zere duimnagel links en een nieuwe, mijn rechter duim was ontzet. De smartfoonduim die eenhandig smartfonen mogelijk maakt was in zijn bewegingen beperkt. Niet gebroken, dus bier was de oplossing, daarvoor was het echter nog te vroeg. Vóór de lunch geen bier, bovendien moesten eventuele inwendige bloedingen gestelpt zijn. Pijnstillers waren geen optie, want dat combineert niet met bier en als ik moest kiezen was het eenvoudig. Ach zolang je nog bier verkiest boven pijnstillers ben je er niet heel slecht aan toe was mijn eigen taxatie. Richting schelde dan maar…
(Lees verder in deel 6 (Lo más importante de la vida))

  • Irene zei: Wat is dat met dat lampje aan douchestang in de wc? Had de vorige lokatie dat wel? Een gemis, dat is zeker.
  • yak zei: Ik heb me suf gezocht, ik moet er een foto van hebben, maar kan 'm niet vinden.
  • Simone zei: Sax spelen op het dak van deze auto lukt je nog steeds met zere ribben...chapeau ;-)

Antwerpen ’12 deel 4 (een onzachte landing)

Daar vloog ik door de lucht en had ik een uitzonderlijk kijkje in het volledig autonome functioneren van mijn hoofd. Dat ging ongeveer zo:

  • Hela, ik struikel, roep oeh!
  • Haal tweede been bij
  • Okay, die blijft ook achter iets steken, dan komt nu het vrije val gedeelte!
  • Hoe ga ik vallen? Ik heb een camera op mijn buik, die gaat 1. kapot 2. maakt een gat in mijn borstkas, dus: opzij duwen
  • Waar ga ik dan nu mee de grond raken? Een hand heeft camera beet, de andere dan maar gebruiken om val te breken (en liefst niet de hand) weet je wat ik draai op mijn rechter kant dan heb ik een hele arm om op te landen.

De volgende gedachte was boem, auw en een woord dat ik maar niet ga herhalen. Ik kon opstaan, da’s niet verkeerd. Het deed zeer, heel passend. Eerste gedachte waar ik zelf weer bij om de hoek kwam kijken was, goh, als mijn nieuwe broek en jas maar niet kapot zijn. Die waren volledig ongehavend en bij eerste inspectie zag ik geen bloed, alleen wat modder.

 

De portier van het Park Lane Hotel schoot verbaal te hulp, maar niemand helpt zo snel dat ik hem niet kan afwimpelen. Ik zal daar iemand tot last zijn zeg! Tweede inspectie: bloed aan rechter pink, schaaf, voldoende bloed om niet te infecteren, bloed aan linker duim, zijkant van nagel is in z’n bedje geprikt, pijnlijk maar niet dodelijk. Pijn in zij, tamelijk heftig, zal wel weer wat ribjes gekneusd hebben. Maar gauw naar de koffie, want dan kan ik mijn handen even goed wassen en inspecteren.

 

Insult to injury: het was inderdaad de verkeerde punt van het park

(lees verder in deel 5 (koffie en bier))

  • aargh zei: Er moet iets in de sterren geschreven staan, oppassen maar tot 21-12. Daarna zal het wel afgelopen zijn.
  • Irene zei: Een wetenschappelijk loepzuiver verslag, een Krak-log waardig.
  • yak zei: Even nog ter verklaring: de foto was de testfoto om te kijken of camera en lens het nog deden.

Antwerpen ’12 deel 3 (The incident at the Park Lane Hotel)

Goed wel en vooral ook uiteindelijk veilig, op tijd en ongehavend, in Antwerpen konden we het dan toch ergens ook wel weer waarderen. Gewenning, zo’n trein, kinderziektes des dergelijks.

Buiten het station was de vraag: “Koffie?” al snel beantwoord met “Ja”, dus op naar de nieuwe vestigingsplaats van Caffénation die vorige keer met U foetsie bleek. De snelste weg daarheen is via het stadspark. Dat stadspark is driehoekig van aard en ik kan niet navigeren in driehoekige parken. Uiteindelijk kom ik wel bij een punt, maar doorgaans is dat de verkeerde. Toch noest doorgelopen in de hoop op een ander resultaat dan anders.

Hihi, lachte ik om het Park Lane Hotel, dat zich Park Lane Hotel noemt omdat het aan het park grenst. Helaas aan de van Eycklei en niet aan de parklaan. Wij het park uit en omdat ik dacht dat we naar de overkant moesten, staken we over ter hoogte van het Park Lane Hotel (daar ging ik dus de fout in). Voor het hotel ligt namelijk een onzichtbare anti-parkeer-drempel. Dus ik struikelen, eerst met een been, tweede been bijhalen en struikelen met been twee (want drempel best wel hoog) en vervolgens een korte vlucht door de lucht…

(lees in deel 4 (een onzachte landing))

  • Irene zei: En dat alles nog vóór de koffie, oef. Toch nog tijd gehad onderweg voor deze nijvere bladerenschepper.
  • yak zei: Ja, dat was nog in het park.

Antwerpen ’12 deel 2 (son of fyrasco)

Dus 新幹線 met plaatsreserveringen, station Rotterdam, rijtuig 36, vak H. Wij staan klaar, ordnungsgemäß, voldoende vroeg van huis gegaan om hem niet te missen. Wegens niet fijn aansluitende busverbinding zelfs nog eerder (maar er viel gelukkig een trein uit, zodat we wel de logische trein hadden).

De trein komt er aan en jahoor, hij ziet er uit als een hele echte 新幹線. ik kon niet ontkennen dat ik door enige trots overmand werd. Tot we zagen dat de trein achterstevoren reed en iedereen behalve die in het midden stonden naar de andere kant van de trein moesten lopen, daarbij tegemoet gekomen door de tegenpartij, heel fijn.

Het eerste stuk ging hij traag, maar snelheidservaring is relatief natuurlijk, dit ding was gebouwd op snelheid, waarschijnlijk raasden wij door het landschap, maar dat merkte je haast niet, ofzo.

Ach en toen ging hij wel 238km/h en dat voelde als een als intercity ingezette hondenkop op een ‘s zomers uitgezet spoor. Het zwieberde en erger nog, het ratelde. Het zullen de bagagerekken geweest zijn, maar het klonk onheilspellend. Gelukkig las ik thuis pas het stuk in het nrc en wist ik toen nog niet dat het een dubieuze Italiaanse trein was.

(lees verder in deel 3 (Incident at the Park Lane Hotel))

 

  • Edwinek zei: Ah, Italiaans. Ha!
  • Irene zei: Ik raad even: het incident is dat je je ribben hebt gekneusd in het Park Lane Hotel. Gaat het?
  • yak zei: Jawel, maar lachen doet zeer...
  • Simone zei: Boeiende foto!

Antwerpen ’12 deel 1 (fyrasco)

Zelfspot is een goede eigenschap zolang het gaat om het relativeren van succes. Bijtende zelfspot daarentegen moet je zien te vermijden. Als Nederlander heb je het dan nog wel eens moeilijk. Bijvoorbeeld als je naar België wilt met de trein. De intersippie is er niet meer, je kunt nu met de boemel en met de (zo ontdekte ik) hoge-snelheids-boemel. Voor de boemel hoef je niet te reserveren, die is van zichzelf onaangenaam genoeg. De HSB vereist wel reservering, zodat je van te voren moet weten wanneer je heen en terug wilt, want je kunt niet zomaar met een andere trein, nee tenzij je twee keer zoveel betaalt kun je ueberhaupt niet omboeken. Dus van het gemak van een kaartje uit de automaat, naar van te voren boeken, meer geld kwijt zijn en hem niet mogen missen. Ja, zegt u dan, maar hij gaat wel veel sneller! Tuurlijk, op een deel van het traject gaat hij liefst Honderd Kilometer per uur sneller dan de intersippie, maar op dat stuk schudt hij zo hard dat je wenste dat hij dat niet zou doen.

De luxe in de trein zelf (want dat is toch een van de voordelen van zo’n Shinkansen of 新幹線 zoals de Fransen zeggen) is zo goed als afwezig. En omdat er gereserveerde plaatsen zijn, is iedereen zo lang bezig met het zoeken naar z’n plek of ruzie aan het maken met hij/zij die op zijn/haar plek is gaan zitten, dat het eerste deel van de rit al behoorlijk irritant is. Dat is als alles goed gaat…

(leest morgen verder)

  • Simone zei: De intersity naar Brussel komt weer terug!

Als een boer…

Och och och, ik zag er natuurlijk een beetje tegenop. En nadat ik er tegenop had gezien, was het ook nog eens best wel een ingreep (van een uur), maar mijn asbestvullingen waren vervangen door composiet1 en mijn bekkie was 3/4 up to date. Mooi en goed.
Tot het zaterdag werd. Bij het eten van wat sjippies voelde ik iets raars. Het voelde als een gaatje, nee als gaatjeS. Mijn achterste twee kiezen (die dus hervuld waren) deden zeer bij belasting. Behoorlijk zeer trouwens ook. Niet als ik met rust liet, maar als ik at?! Oh, men wat een pijn. Zondag deed het ook zeer met poetsen, onderaan, op de grens van kies en tandvlees, meeeeeen! Het deed zoveel zeer dat ik het niet alleen aan U toegaf, maar uiteindelijk ook aan mezelf: ik moest de tandarts bellen.
Maandagochtend, de pijn was nu echt debiliserend, zodat ik naar de paracetamol en de telefoon greep. Ik mocht goddank dinsdag al langskomen, half 12, de eerste tandarts afspraak waarvan ik de tijd de rest van mijn leven zou onthouden, omdat ik absoluut niet te laat wilde zijn. Ondertussen zag ik al weer een uur voor me in de stoel, alles er weer uit en een nieuwe berg erin, met bbh verdoving, hu.
Niets was minder waar. Met vijf minuten stond ik met tranen van geluk weer op de stoep. De vullingen waren ‘gewoon’ te hoog waardoor ze de volle brunt des gekauw over zich heen kregen. Het vlies dat tussen de kies en de kaak zit raakt dan geïrriteerd of erger. Het voelde en voelt bij mij als erger, maar het wordt minder, langzaam. Ik heb er zelfs vertrouwen in dat het goed komt. Tot die tijd lijd ik nog even verder, als een boer…

Notes:

  1. Waarvan de gevaren nog ontdekt moeten worden
  • Simone zei: Wat een opluchting voor je. Aaaaaaaaaaaaaaaaaah!
  • aargh zei: Hadden ze je niet laten bijten dan, met zo'n carbonpapiertje? Blèh tanden, daar moesten ze toch langzamerhand iets beters voor verzinnen.
  • Yak zei: Ja zeker, ik heb op zo'n papiertje gehapt, maar ik had ook net een uur met mijn kaak in een wonderlijke greep gezeten. Vandaar.

Enigst kat

Er zijn mensen die een tweede kat nemen omdat ze het zo eenzaam vinden voor de eerste. Omdat A. en ik er een soort van zielige kattenasiel op na hielden was de stand zelden lager dan vier, dus was het niet aan der orde.
Door natuurlijk verloop is met het verscheiden van Poeseke de stand voor het eerst tot één teruggelopen. Volgens mij heeft een enigst kat het toch het beste. Iig heeft Nelson volledig gebruik gemaakt van de aanwezige ruimte en er is zelden een onbelegen schoot. Ook in de telefoonfotogallerij valt op dat zo’n 50% wel een of andere fantastische lig vastlegt.
De foto hierboven is groggy omdat Nelson bij aan het komen was van zijn narcose, zijn gebit is problematisch en ontsteekt, dus moest hij een bling-bling-behandeling. U ziet dat ik mee gegroggd heb, want zo ben ik.


Soms moet je lastige keuzen maken

Zo stond ik na de de tandarts na het uitwerken van de veel te grote verdoving voor de vraag: paracetamol of bier? Ik was geen domme ezel, dus het werd een alpha bokje. Ik kan het iedereen aanraden.
Nog één kwadrant van het bekkie en dan ben ik mond-iaal weer up to date, zonder astbestvullingen.

  • Simone zei: Prachtig en zo dichtbij...ezels zijn intelligente dieren en houden veel van aandacht en dat is duidelijk te zien op deze foto. Ze genieten ervan.